Dutch-Danish translations for nacht

• nat
  En hel befolkning kunne blive ramt på én nat. Een volledige bevolking kan in één nacht besmet raken.
  Ikke at indrømme dette er det samme som at hævde, at det er dag, når det rent faktisk er nat! Hier niet mee instemmen is, komt neer op het beweren dat het dag is terwijl het in werkelijkheid nacht is!
  Vi arbejdede alle sammen dag og nat for at nå et mål. We hebben dag en nacht met zijn allen gewerkt om een doel te bereiken.
• overnatning
  Med hensyn til hospitalsbehandling, der indebærer en overnatning eller brug af specialteknologi eller en omkostningsintensiv teknologi, kan medlemsstaten oprette en ordning med forhåndstilladelse. Voor ziekenhuiszorg met verblijf van één nacht of voor kostbare of gespecialiseerde technologieën kan de lidstaat een systeem opzetten waarbij voorafgaande toestemming nodig is.

Related words

• nachtegaal
• leugenachtig
• vannacht
• regenachtig
• Walpurgisnacht
• nachtkastje
• nachtmerrie
• middernacht
• minachten