Dutch-German translations for wezen

• Wesen das
  Der Marktmechanismus ist seinem Wesen nach amoralisch. Het marktmechanisme is naar wezen amoreel.
  Ich finde, sie sollen als lebende Wesen gesehen werden. Ik ben van mening dat ze als levende wezens moeten worden gezien.
  Vor kurzem erklärte er, Weiße seien keine menschlichen Wesen. Hij verklaarde onlangs dat blanken geen menselijke wezens zijn.
• Fabelwesen das
• Geschöpf das
  Alle Geschöpfe der Erde streben nach Glück wie wir. Alle wezens op aarde streven naar geluk zoals wij.
  Alle Geschöpfe der Erde lieben, leiden und sterben wie wir. Alle wezens op aarde beminnen, lijden en sterven zoals wij.
  Es hilft gar nichts, am Sonntag in die Kirche zu rennen, zu beten und zu sagen, alle Geschöpfe sind von Gott, und dann so mit ihnen umzugehen. Het haalt absoluut niets uit zondags naar de kerk te rennen, te bidden en te zeggen dat alle levende wezens door God geschapen zijn, en dan zo met ze om te gaan.
• intelligentes Leben das
• Lebewesen das
  Es geht um die Würde der Lebewesen. Het gaat om de waardigheid van de levende wezens.
  Dies ist umso schlimmer, wenn es dabei um Lebewesen geht. Dat is des te erger als er levende wezens bij betrokken zijn.
  Tiere sind Lebewesen und müssen natürlich als solche behandelt werden. Dieren zijn levende wezens en moeten, vanzelfsprekend, als zodanig worden behandeld.
• sein sich befinden

Related words

• wegwezen
• verwezenlijking
• gewezen
• bewezen
• wezenlijk
• verwezenlijker
• onverwezenlijkbaar
• aangewezen
• verwezenlijken