Dutch-Spanish translations for pasen

• Pascua
  Se trata de la semana inmediatamente anterior a la Pascua ortodoxa. Dit is de week onmiddellijk voorafgaand aan het orthodox Pasen.
  ¡Amantes del chocolate, saboreen con reverencia sus próximos huevos de Pascuas! Chocoladeliefhebbers, geniet nog maar eens echt van uw chocolade-eieren met Pasen!
  Algunos ciudadanos de los Estados miembros tradicionalmente sacrifican cerdos en Navidad y corderos en Pascua. Sommige burgers in de lidstaten slachten traditioneel varkens voor Kerstmis en lammetjes voor Pasen.
• pascua
  Se trata de la semana inmediatamente anterior a la Pascua ortodoxa. Dit is de week onmiddellijk voorafgaand aan het orthodox Pasen.
  ¡Amantes del chocolate, saboreen con reverencia sus próximos huevos de Pascuas! Chocoladeliefhebbers, geniet nog maar eens echt van uw chocolade-eieren met Pasen!
  Algunos ciudadanos de los Estados miembros tradicionalmente sacrifican cerdos en Navidad y corderos en Pascua. Sommige burgers in de lidstaten slachten traditioneel varkens voor Kerstmis en lammetjes voor Pasen.

Related words

• Palmpasen
• met Sint Juttemis als pasen en pinksteren op één dag vallen
• vrolijk Pasen
• zalig Pasen
• wanneer Pasen en Pinksteren op één dag vallen
• als Pasen en Pinksteren op één dag vallen
• een groene Kerstmis, een witte Pasen
• vrolijke pasen
• als Pasen en Pinksteren op één dag vallen