Dutch-Spanish translations for sleutelwoord

• clave
  Innovación es la palabra clave en todo esto. Innovatie is hierbij het sleutelwoord.
  A este respecto, coordinación es la palabra clave. Coördinatie is hier het sleutelwoord.
  El protagonismo afgano es otra clave. Afghaans eigendomsrecht is een ander sleutelwoord.
• palabra clave
  Innovación es la palabra clave en todo esto. Innovatie is hierbij het sleutelwoord.
  A este respecto, coordinación es la palabra clave. Coördinatie is hier het sleutelwoord.
  La palabra clave es pensiones "complementarias" . Het sleutelwoord is 'aanvullende' pensioenen.

Related words

• sleutel
• sleutelviool
• sleutelbeen
• sleutelgat
• ontsleutelen
• versleutelen
• steeksleutel
• moersleutel
• schroefsleutel
• sleutelhanger