German-Dutch translations for hand

• hand
  Ze hebben zelfs geen clean hands , geen schone handen. Sie haben keine clean hands , keine sauberen Hände.
  Energie en veiligheid gaan hand in hand. Energie und Sicherheit gehen Hand in Hand.
  Sport en vriendschap gaan hand in hand. Sport und Freundschaft gehen Hand in Hand.
• kant
  Ik houd me staande naast een berg en hak hem om met de zijkant van mijn hand.” Ich stehe auf neben einem Berg und ich trage ihn ab mit der Kante meiner Hand".
• speelhand
• zijde
  Als men aan Europese zijde met lege handen staat, kan men op dat punt ook niet onderhandelen. Wenn man aus europäischer Sicht nichts in der Hand hat, kann man hier auch nicht verhandeln.

Related words

• Handel
• Handy
• behandeln
• Handynummer
• Handfläche
• Handschuh
• Fingerhandschuh
• Handgelenk
• einhändig