Dutch-Spanish translations for baby

  • bebéEste bebé fue un embrión, y era su bebé. Deze baby is een embryo geweest, en het was uw baby. Los bebés son más que futuros contribuyentes. Baby's zijn meer dan slechts toekomstige belastingbetalers. Hay mujeres que mueren en el parto, y bebés también. Vrouwen en baby's sterven tijdens de bevalling.
  • crio
  • guagua Chile
  • nene
  • niñaRecientemente ha dado a luz a una niña y se encuentra en libertad provisional bajo fianza. Zij heeft nu een baby gekregen en is in voorlopige vrijheid gesteld.
  • niñoEs una empresa de compra de niños por correo. Het is een postorderbedrijf voor baby's. El boom de natalidad empezó en la década de los sesenta y los primeros niños de este movimiento ahora están llegando a la edad de jubilación. Het is zestig jaar geleden dat de babyboom begon en de eerste babyboomers bereiken nu de pensioenleeftijd. Éste entra en la segunda categoría pero crecerá hasta convertirse en un precioso niño, ya verán. Dit Verdrag valt onder de tweede categorie en zal opgroeien tot een prachtige baby, u zult het meemaken.

Trending Searches

Popular Dictionaries

DictionaryPro.net

DictionaryPro.net is a free online dictionary with more than 14 million translations.

Terms of Use   Cookies   Contact Us

Auf DeutschEn españolPå svenskaSuomeksiEestikeelne

Mindmax
Content is based on Wiktionary articles.
Text is available under Creative Commons Attribution-ShareAlike license.
© 2004-2024 DictionaryPro.net