Dutch-French translations for afgestudeerde

• diplômé
  La Commission dispose-t-elle de chiffres concernant l'emploi des chercheurs diplômés dans chaque État membre? Beschikt zij over statistische gegevens met betrekking tot de werkgelegenheid voor afgestudeerde wetenschappers per afzonderlijke lidstaat?
  À certains endroits, la moitié de tous les médecins nouvellement diplômés recherchent un emploi dans d'autres États membres de l'UE, où les salaires sont beaucoup plus élevés. Op sommige plaatsen zoekt de helft van alle pas afgestudeerde artsen een baan in andere EU-lidstaten, waar de salarissen een stuk hoger liggen.
  Les jeunes diplômés dans le domaine médical, par exemple, sont très susceptibles d’opter pour le travail intérimaire parce que celui-ci est plus flexible et leur convient mieux. Zo kiezen jonge afgestudeerde geneeskundestudenten er soms voor op uitzendbasis aan de slag te gaan, omdat ze dan flexibeler kunnen werken en hun dat beter past.
• diplômée
• licencié
• licenciée

Related words

• afgesloten
• afgestompt
• afgesleten
• afgesproken
• afgestomptheid
• afgespen
• afgescheept worden
• afgesneden boomstam
• met afgesneden top