Dutch-French translations for uitstrekken

• écarter
• étaler
• étendre
  L'accessibilité doit également s'étendre à l'éducation. De toegankelijkheid moet zich ook uitstrekken tot het onderwijs.
  Nous sommes incapables, actuellement, de voir jusqu'où le conflit peut s'étendre et tout ce qu'il peut entraîner. Wij overzien nu nog niet hoe ver dit conflict zich kan uitstrekken en wat daar kan gebeuren.
  L' enquête doit s' étendre de l' époque du cabinet Delors jusqu' à la Commission Prodi. Het onderzoek in die zaak moet zich uitstrekken van het kabinet-Delors tot de Commissie-Prodi.

Related words

• uitstrooien
• uitstralen
• uitstrijkje
• uitstraling
• vooruitstrevend
• uitstrijken
• zich uitstrekken