Dutch-Portuguese translations for betalen

• pagar
  A União tem inevitavelmente de pagar o que prometeu pagar. Datgene wat de Unie beloofd heeft te zullen betalen, moet ze ook onvermijdelijk betalen.
  É um preço que não estamos dispostos a pagar! Wij zijn niet bereid die prijs te betalen
  Desde logo, o poluidor tem de pagar. Ten eerste: de vervuiler moet betalen.

Related words

• uitbetalen
• afbetalen
• betalend
• betalende
• terugbetalen
• onderbetalen
• vooruitbetalen
• bijbetalen
• teveel betalen