Dutch-Spanish translations for nakijken

• averiguar
• comprobar
  – Voy a comprobar este punto del Reglamento, pero mientras tanto cedo de todos modos la palabra al señor Yañez-Barnuevo García. – Ik zal dit in het Reglement nakijken, maar ondertussen geef ik toch het woord aan de heer Yañez-Barnuevo García.
• controlar
• examinar
  Eso es algo que tal vez desee el Presidente examinar. Misschien kan de Voorzitter dat eens nakijken.
• inspeccionar
• verificar
  Los servicios lingüísticos verificarán este punto, se lo garantizo. Ik verzeker u dat de taaldiensten dit punt zullen nakijken.
  Se supone que debía verificar los cargos que ostentaba y cualquier incompatibilidad. De commissie moest zijn geloofsbrieven nakijken en eventueel zien of er sprake was van onverenigbaarheid.

Related words

• Danakil
• manakin
• roodkruinmanakin
• helmmanakin
• araripemanakin
• langstaartmanakin
• draadmanakin
• prachtmanakin
• stompveermanakin