English-Dutch translations for infect

besmetten
Zij besmetten andere mensen in hun nabijheid. They infect other people around them. Zij besmetten hun familieleden.They infect members of their families. Uiteindelijk bestaat dan het risico dat zij anderen besmetten en zelf geen behandeling zoeken. They end up infecting others and not seeking treatment themselves.
infecteren

aansteken
Tot nu toe hebben we geluk gehad: het lidmaatschap van de Europese Unie heeft in het algemeen rotte appels gezond gemaakt, maar er kan een moment aanbreken waarop de rotte appels de rest aansteken. So far we have been lucky: membership of the European Union has tended to make bad apples wholesome but perhaps we will reach the point where the bad apples infect the rest.
verpesten