Dutch-French translations for treuzelen

• glander
• glandouiller
• lambiner
• paresser
• s'attarder
• stagner
• tarder
  président de la Commission. - (EN) Monsieur le Président, "sans tarder" signifie précisément cela: nous ne devons pas perdre de temps. voorzitter van de Commissie. - (EN) Mijnheer de Voorzitter, "liever eerder dan later” betekent precies wat het zegt: dat wij niet moeten treuzelen.
  L'échéance est 2020 mais les États membres ne doivent pas tarder puisqu'en 2010, ils devront avoir transposé la directive. De deadline is 2020, maar de lidstaten moeten niet treuzelen, want ze moeten de richtlijn uiterlijk in 2010 hebben omgezet.

Related words

• betreuren
• treurig
• treuren
• treurwilg
• treurzang
• treurlied
• betreurenswaardig
• treurduif
• desastreus