German-Dutch translations for erteilen

  • geven
    Welk antwoord zal de Raad de heer Cem geven? Welche Antwort wird der Rat Herrn Cem erteilen? Ik zal slechts drie leden het woord geven. Ich werde nur drei Mitgliedern das Wort erteilen. Waarvoor zouden we u wel een mandaat geven? Wofür würden wir Ihnen ein Mandat erteilen?
  • schenken
  • toekennen
    Maar wie anders dan het voorzitterschap van de Raad moet dat mandaat toekennen? Doch wer soll dieses Mandat erteilen, wenn nicht die Ratspräsidentschaft? Voorzitter, collega's, namens mijn fractie is het zeer duidelijk dat wij geen kwijting kunnen toekennen aan de Commissie. Herr Präsident, liebe Kolleginnen und Kollegen! Im Namen meiner Fraktion möchte ich sagen, daß wir der Kommission keinesfalls Entlastung erteilen können.
  • verdelen
  • verlenen
    Dit is een conditio sine qua non voor het verlenen van kwijting. Dies ist eine unerlässliche Grundbedingung, um Entlastung zu erteilen. We moeten gewoon typegoedkeuring verlenen voor de verschillende modellen. Wir sollten ihnen die Typengenehmigung erteilen. We verlenen de Ombudsman kwijting. Wir erteilen dem Bürgerbeauftragten Entlastung.

Trending Searches

Popular Dictionaries

DictionaryPro.net

DictionaryPro.net is a free online dictionary with more than 14 million translations.

Terms of Use   Cookies   Contact Us

Auf DeutschEn españolPå svenskaSuomeksiEestikeelne

Mindmax
Content is based on Wiktionary articles.
Text is available under Creative Commons Attribution-ShareAlike license.
© 2004-2024 DictionaryPro.net