German-Dutch translations for märz

• maart
  We hebben deze week 8 maart gevierd. Wir haben diese Woche den 8. März gefeiert.
  We hebben in maart 2000 een oproep tot u gericht. Im März 2000 erteilten wir Ihnen einen Auftrag.
  Artikel 229 heeft betrekking op een dag in maart, namelijk de tweede dinsdag in maart. Artikel 229 bezieht sich auf einen Tag im März, nämlich auf den zweiten Dienstag im März.
• buienmaand
• dorremaand
• guldenmaand
• lentemaand

Related words

• Marzipanrohmasse
• Märzrevolution
• Marzipan
• Marzipanschwein
• Vormärz
• Märzveilchen
• Marzipantorte
• Märzenbecher
• Marzipanmasse