Italian-Dutch translations for carità

• liefdadigheid
  Het gaat hier dus niet om liefdadigheid. Non si tratta quindi di carità.
  Verbonden horen bij families, gemeenschappen, liefdadigheid; dit zijn samenwerkingsgebieden. I patti appartengono alle famiglie, alle comunità, agli istituti di carità, concernono pertanto la cooperazione.
  Mijn varkenshouders willen geen liefdadigheid, maar ze willen wel een kans krijgen. Gli allevatori non vogliono la carità: vogliono un'opportunità.

Related words

• caritatevole
• caritativo
• caritatevolmente