Polish-Dutch translations for odejść

  • heengaan
  • ontslapen
  • overlijden
  • doodgaan
  • gaan
    Ze grepen hem beet; ik wilde niet gaan, knielde neer en vertelde hen: "Doodt míj maar, doodt me! Chwycili go; nie chciałam odejść, uklęknęłam i błagałam ich: >>Proszę, zabijcie mnie zamiast niego!
  • vertrekken
    Khadafi moet vertrekken en Europa moet daarbij een actieve rol spelen. Kaddafi musi odejść i Europa musi czynić aktywne starania, by tak się stało.
  • weggaan

Trending Searches

Popular Dictionaries

DictionaryPro.net

DictionaryPro.net is a free online dictionary with more than 14 million translations.

Terms of Use   Cookies   Contact Us

Auf DeutschEn españolPå svenskaSuomeksiEestikeelne

Mindmax
Content is based on Wiktionary articles.
Text is available under Creative Commons Attribution-ShareAlike license.
© 2004-2024 DictionaryPro.net