Dutch-French translations for differentiëren

• différencier
  C'est pourquoi nous devons différencier. Daarom moeten we differentiëren.
  Notre tâche consiste à coordonner et différencier. Onze taak is coördineren en differentiëren.
  Nous avons dit que nous pensons que nous devons différencier ce système. Verder hebben we ons uitgesproken voor het differentiëren van de systematiek.
• différentier
• distinguer
  Il vient d'être dit que nous devons distinguer les entreprises en fonction de leur taille. Er is net al gezegd dat we moeten differentiëren naar omvang van de bedrijven. Daarover heb ik mijn twijfels.

Related words

• differentiaalrekening
• differentiaal
• differentieel
• differentiaalvergelijking
• differentiaalquotiënt
• sperdifferentieel
• differentiatie
• differentieerbaar
• differentieerbaarheid