Dutch-French translations for verkopen

• vendre
  Vendre des armes, ce n’est pas comme vendre des frigos, des chemises ou des ordinateurs. Wapens verkopen is niet hetzelfde als ijskasten, T-shirts of computers verkopen.
  L'Union européenne ne peut vendre son âme au diable. De Europese Unie mag haar ziel niet verkopen.
  Tout ce qu'ils veulent, c'est avoir l'opportunité de vendre leurs produits. Het enige wat ze willen is een kans om hun producten te verkopen.
• débiter

Related words

• dooverkopen
• uitverkopen
• doorverkopen
• verkopen als zoete broodjes
• aan de deur verkopen
• de huid niet verkopen voor de beer geschoten is
• men moet de huid niet verkopen voordat de beer geschoten is
• flauwe kul verkopen
• iemand een oorvijg verkopen