Dutch-German translations for soepel

• beugsam
• biegsam
• elastisch
• flexibel
  Die Kommission habe sich bereits überaus flexibel gezeigt. De Commissie is al erg soepel geweest.
  Wir müssen flexibel sein bei der Konditionierung der Hilfe. Bij de toekenning van hulp moeten wij ons soepel opstellen.
  Ich würde mir wünschen, daß auch die Altersbegrenzungen flexibel sind. Ik hoop dat ook de leeftijdsgrenzen wat soepeler gehanteerd kunnen worden.
• reibungslos
  Die Zusammenarbeit mit Ihnen verlief nahezu reibungslos. De samenwerking met u is zeer soepel verlopen.
  Dies ist eine große Maschine, die reibungslos laufen muss. Dit is een enorme machine die soepel moet werken.
  Es ist zu erwarten, dass die Vereinbarung reibungslos funktioniert. Naar verwachting zal deze overeenkomst soepel functioneren.

Related words

• soepelheid
• versoepelen
• lenig, los, soepel maken
• kwantitatieve versoepeling