Dutch-Spanish translations for blameren

• comprometer
• comprometerse
• desacreditar
  Antes podíamos desacreditar a Shell, pero ahora ya no. Shell konden wij blameren maar nu niet meer.
  De aceptarlo, el Sr. Van Mierlo desacreditaría y pondría en ridículo a sus colegas los ministros de Medio Ambiente. De heer Van Mierlo zou zijn collega's milieuminister blameren en voor schut zetten als hij dit zou accepteren.
• deshonrar
• deshonrarse

Related words

• blank
• dagblad
• blaasinstrument
• blankvoorn
• blad
• houtblazer
• blazen
• glasblazer
• weekblad
• blaas