Dutch-Spanish translations for combineren

• combinar
  Hubiera sido una buena idea combinar ambos debates. Het was wellicht een idee geweest om die beide debatten met elkaar te combineren.
  Debemos combinar fondos públicos y privados, nacionales y europeos. We moeten publieke, private, nationale en Europese middelen combineren.
  Por tanto, hay que combinar las dos cosas. Wij moeten de twee genoemde zaken dus combineren.
• juntar
• relacionar
  Sería de utilidad si pudiera relacionar estos problemas sobre una base regional y actuar desde esa perspectiva. Het zou zinvol zijn indien men deze problemen op regionale basis zou kunnen combineren en vervolgens vanuit die optiek zou handelen.
• unir

Related words

• combinatie
• recombinatie
• combinatietang
• combinatoriek
• combine
• kleurcombinatie
• recombinant
• combinatorisch
• recombineren