Dutch-Spanish translations for invloed uitoefenen

• influir
  Sólo entonces la UE podrá influir de manera verdadera. Alleen dan kan de EU werkelijk invloed uitoefenen.
  El Parlamento puede influir en ello. Het Parlement kan hier invloed uitoefenen.
  ¿Va a influir en las negociaciones sobre el Acuerdo por celebrar en 2007? Zal dit invloed uitoefenen op de onderhandelingen over de overeenkomst die er in 2007 moet komen?

Related words

• invloed
• invloedrijk
• beïnvloeden
• beïnvloeding
• invloedssfeer
• beïnvloed
• beïnvloedbaar
• beïnvloeder
• weerbeïnvloeding