Dutch-Spanish translations for praktisch

• práctica
  Es una primera observación práctica. Dit als eerste, praktische opmerking.
  Debemos buscar una solución práctica. Er moet een praktische oplossing mogelijk zijn.
  Ahora hay que adoptar las medidas prácticas. Er moeten nu praktische maatregelen worden getroffen.
• prácticamente
  La maternidad carece prácticamente de valor. Het moederschap heeft praktisch geen waarde.
  Esto está prácticamente fuera de nuestro control. Daar kunnen we praktisch niets aan doen.
  El ejército es prácticamente inexistente. Het leger is praktisch onbestaande.
• práctico
  También debemos ser resueltos y prácticos. Wij moeten ook besluitvaardig en praktisch zijn.
  Quisiera comenzar con un aspecto práctico. Ik wil beginnen met een praktisch punt.
  Tenemos que comenzar haciendo progresos prácticos. We moeten nu eindelijk eens praktische vooruitgang boeken.

Related words

• praktijkgericht
• praktijk
• onpraktisch
• praktijken
• praktiseren
• praktizerend
• groepspraktijk
• vast praktijk
• in praktijk zetten