Dutch-Spanish translations for verteld

• dicho
  Aquí se han dicho muchas mentiras. Er zijn hier veel leugens verteld.
  Les he dicho que había dos programas. Ik heb u verteld dat er twee programma’s zijn.
  Ahora bien, ¿qué han dicho esas dos conferencias? Wel, wat werd ons op deze twee conferenties verteld?
• relatado
  Señor Comisario, esta mañana usted ha relatado la relevancia y los logros de los equipos que están trabajando allí. Commissaris, vanochtend heeft u verteld over het zinvolle werk en de goede resultaten van de teams die actief zijn in Afghanistan.

Related words

• vertellen
• vertelster
• verteller
• doorvertellen
• vertelde
• vertelden
• vertelsel
• vertellend
• vertelling