Dutch-Spanish translations for wisseling

• cambio
  Me gustaría que noviembre se convirtiera en la fecha de cambio permanente. Ik zou graag zien dat november blijvend de maand van wisseling wordt.
  Ha reaccionado con entusiasmo y paciencia ante el cambio de moneda. Deze heeft met enthousiasme en geduld gereageerd op de wisseling van munten.
  No era el objetivo de la Unión Europea lo que se ha dado en llamar el cambio de régimen. De Europese Unie is nooit uit geweest op wat men wel een 'wisseling van de wacht? noemt.
• conversión
• transformación

Related words

• klankwisseling
• klinkerwisseling
• woordenwisseling
• uitwisseling
• stofwisseling
• paradigmawisseling
• afwisseling
• troonswisseling
• gedachtenwisseling