English-Dutch translations for comfortable

• comfortabel
  Ik vind niet dat er dan sprake is van een "comfortabele" meerderheid. I do not believe one can talk of a 'comfortable' majority.
  Politici moeten maar eens hun arrogantie en comfortabele positie aan de kant zetten. Politicians should set aside their arrogance and comfortable situation.
  Voorzitter Barroso kreeg in juli al de steun en de goedkeuring van een comfortabele meerderheid. A comfortable majority had already supported and approved President Barroso in July.
• gemakkelijk
  Het is geen gemakkelijk debat, maar wij moeten het niet uit de weg gaan. This is not a comfortable or easy debate, but we cannot avoid it.
  Ik denk dat het gemakkelijker is om in eigen land aankopen te doen en dat mensen zich daar ook gemakkelijker bij voelen. I think it is easier to shop locally, and people are more comfortable with the local.
  Ze willen zich gewoon gemakkelijk voelen bij de regels en weten dat die regels eenvoudig zijn. They just want to feel comfortable and to know that there is simplicity in the law.
• gerieflijk

Definition of comfortable

• Providing physical comfort and ease; agreeable.
• In a state of comfort and content.
• Comforting, providing comfort; consolatory.
• Amply sufficient, satisfactory.
• Strong; vigorous; valiant
• Serviceable; helpful
• A stuffed or quilted coverlet for a bed; a comforter

Examples

• This is the most comfortable bed Ive ever slept in
• What a great guestroom! Ill be quite comfortable here
• A comfortable income should suffice to consider oneself rich
• The home team is ahead by a comfortable margin

Related words

• uncomfortable
• comfortably
• uncomfortably
• comfortableness
• comfortable in one's own skin
• comfortably off
• by a comfortable margin
• requirements of comfortableness
• make oneself comfortable