French-Dutch translations for cultivateur

• akkerbouwer
• boer
• boerin
• kweker
• landbouwer
  Landbouwers onderhielden hun akkers, veetelers hoedden hun vee. Les cultivateurs travaillaient leur terre, les éleveurs soignaient leur troupeau.
  Het is het resultaat van een samenwerking tussen de mens als landbouwer, de natuur, het klimaat en de techniek. C'est le fruit d'une collaboration entre l'homme en tant que cultivateur, la nature, le climat et la technologie.
  De vernieuwingen van het GLB zijn nu doorgevoerd en daar hebben de landbouwers in de gebieden met de hoogste opbrengsten relatief gezien het meeste van geprofiteerd. La réforme de la PAC est chose faite et ceux qui en ont tiré relativement le meilleur profit, ce sont les cultivateurs des meilleures zones de production.
• teler
  Als gevolg daarvan zullen ook de inkomens van de telers van zacht fruit stabieler worden. Elle permettrait dès lors de stabiliser les revenus des cultivateurs concernés.
  Ook heeft men het plan telers in de hele regio van hun levensonderhoud te beroven. Il est également prévu de priver de leur moyen de subsistance les cultivateurs de l'ensemble de la région.
  In 2005 waren de Poolse telers van kleinfruit geconfronteerd met een negatief productierendement. En 2005, les cultivateurs polonais de fruits à baies ont enregistré des revenus négatifs pour leurs produits sur ce marché.
• veehouder

Related words

• cultivatrice
• cultivation
• cultivateur-tasseur
• cultivateur de tabac