French-Dutch translations for déduction

• afleiding
• conclusie
• afgeleid gegeven
• aftrek
  Het gaat hier natuurlijk om opbrengsten na aftrek van alle kosten. Il s' agit naturellement du rendement après déduction de toutes les pertes.
  Er moet eerst een dergelijke norm komen om deze aftrek bij de berekening mogelijk te maken. Une telle norme doit être développée afin de permettre cette déduction.
  Het zou vernieuwender zijn om aftrek van douanerechten mogelijk te maken. Il serait plus innovant d’aller à la déduction des droits de douane.
• deductie
• inhouding
  De inhouding van aan boeren toegekende gekoppelde steun is altijd de enige financieringsbron geweest van het Communautair Fonds voor tabak. La déduction d'une aide couplée accordée aux agriculteurs a toujours été la seule source de financement du Fonds communautaire du tabac.

Related words

• déductif
• déductible
• déductivisme
• déductibilité
• déduction faite de
• double déduction