German-Dutch translations for golf

• golf
  Zij mogen landhuizen in Frankrijk kopen of gaan golfen in Spanje. Sie werden Schlösser in Frankreich kaufen oder in Spanien Golf spielen.
  Wilt u nog meer hotels en nog meer golfterreinen, mijnheer de commissaris? Mehr Hotels, mehr Golfplätze, Herr Kommissar?
  De problemen betreffen niet alleen maar golfbanen, commissaris Kallas. Dabei ging es nicht nur um Golfclubs, Herr Kommissar Kallas.
• baai
• golfspel

Related words

• Golfball
• Golfschläger
• Golfplatz
• Golfmobil
• Golftasche
• Montgolfière
• Golfarchitekt
• Golfplatzarchitekt
• Golfturnier