Italian-Dutch translations for passato

verleden
Laten wij eerst eens een blik op het verleden werpen. Guardiamo in primo luogo al passato. Ik vind dat wij het verleden nu moeten laten rusten. Credo che il passato ormai sia alle spalle. Laat ons daarom lessen trekken uit het verleden. Cerchiamo, allora, di trarre lezioni dal passato.
voorbije

verleden tijd
De tijd is voortgeschreden, dus moet de formulering in de verleden tijd staan. I tempi sono andati avanti e dobbiamo quindi usare il passato. Laat dat zo snel mogelijk verleden tijd worden! Consegniamo questa divisione al passato, e facciamolo al più presto! Dat is nu verleden tijd. Het gebrek aan geloofwaardigheid is vergeten. Ma questo è il passato; tale mancanza di credibilità è ormai dimenticata.
voorbij
Dat tijdperk behoort definitief voorbij te zijn. Quell'epoca deve assolutamente restare confinata nel passato. – De tijd om te onderhandelen is voorbij, mijnheer Swoboda. – Onorevole Swoboda, il tempo dei compromessi è ormai passato. Maar nu is de tijd van woorden voorbij en moeten wij overgaan tot actie. Il tempo delle belle parole è passato; è giunto ora il momento di agire.
afgelopen
Door onze fractie zijn de afgelopen tijd met name vier punten benadrukt. In passato il nostro gruppo ha sottolineato quattro aspetti. Het afgelopen jaar heeft niet aan die verwachtingen beantwoord. L' anno passato non è stato all' altezza di tali aspettative. De Raad doet er goed aan zich deze wens meer ter harte te namen dan in de afgelopen jaren. Il Consiglio dovrebbe certamente prestare maggiore attenzione che in passato.
vervlogen
vervlogene
weleer
Ongetwijfeld nadert nu de tijd dat onze praal van weleer voorgoed tot het verleden zal behoren? Sta forse per giungere il momento in cui lo splendore della nostra storia scomparirà nel passato, insieme ai fasti di Ninive e Tiro?