Portuguese-Dutch translations for imprimir

• afdrukken
• drukken
  We kunnen het niet zelf drukken, zoals u weet. Como sabem, não podemos ser nós a imprimir as notas.
  Het is het Parlement gelukt de gelegenheid aan te grijpen om er zijn stempel op te drukken. O Parlamento soube aproveitar a oportunidade para imprimir a sua marca no mesmo.
  Ik vraag mij werkelijk af hoe lang men nog zal doorgaan met het drukken van nieuwe plaatstoewijzingen. Pergunto­me durante quanto tempo teremos de continuar a imprimir novas listas de distribuição de lugares.
• printen

Related words

• impressora
• imprensa
• impressão
• imprudentemente
• impressionista
• impressionismo
• imprevisível
• impressionante
• impróprio