Dutch-English translations for getrouwd

• married
  The policeman who was killed was married and had children. Het slachtoffer was getrouwd en had kinderen.
  For example, how about the recognition of married same-sex couples? Hoe zit het bijvoorbeeld met de erkenning van de status van getrouwde homoparen?
  This also includes many Romanian men or women who have got married abroad. Een groot aantal van hen betreft Roemeense mannen of vrouwen die buiten hun land zijn getrouwd.

Related words

• ongetrouwd
• aangetrouwd
• pasgetrouwd
• getrouwd/huwelijk onder zijn/haar stand
• aangetrouwd familielid
• aangetrouwde neef
• aangetrouwde nicht
• pas getrouwd stel
• ik ben getrouwd