Dutch-French translations for vertellen

• dire
  Inutile de vous dire que je m'y suis fermement opposée! Ik kan u vertellen dat ik krachtig bezwaar heb gemaakt!
  Quelqu’un devrait dire à Mme Wallström… Iemand zou mevrouw Wallström moeten vertellen…
  Je vais vous dire très précisément pourquoi. Ik zal u precies vertellen waarom dit nodig is.
• raconter
  Permettez-moi de raconter une histoire personnelle. Ik wil graag een persoonlijk verhaal vertellen.
  Avant de venir ici, je m'étais juré de ne pas raconter de blagues. Alvorens hier naar toe te komen had ik mezelf plechtig voorgenomen geen grapjes te vertellen.
  Je n'ai pas beaucoup de temps, mais je voudrais raconter une petite histoire. Ik moet het kort houden, maar zal een korte anekdote vertellen.
• conter
  Sans argent, nous pouvons conter de belles histoires, mais aucun arbre ni aucun mètre carré de lac ne sera épargné par la destruction. Zonder geld kunnen we elkaar 1001 nachten achter elkaar sprookjes vertellen, maar zal er geen vierkante meter bos of meer gered worden van de ondergang.
• narrer
  Un gros effort doit donc être déployé pour narrer cette histoire. Een extra inspanning om dit succesverhaal te vertellen, is dan ook allerminst overbodig.

Related words

• doorvertellen
• vertellend
• rondvertellen
• hervertellen
• indianenverhalen vertellen
• sprookjes vertellen