Dutch-German translations for tekort

• Mangel der
  Dieser Mangel an Arbeitsplätzen kommt auch in einem Mangel an Praktikumsplätzen und an Stellen für Maßnahmen zur beruflichen Wiedereingliederung zum Ausdruck. Dat tekort aan banen vertaalt zich ook in een tekort aan stageplaatsen, een tekort aan werkervaringsplaatsen.
  Hier ist der Oostlander-Bericht mit einem großen Mangel behaftet. Op dat punt schiet het verslag van de heer Oostlander volgens mij schromelijk tekort.
  Mangel an Arbeit ist der Hauptgrund für extreme Armut. Een tekort aan arbeidsplaatsen is de belangrijkste oorzaak van diepe armoede.
• Abwesenheit die
• Armut die
  Mangel an Arbeit ist der Hauptgrund für extreme Armut. Een tekort aan arbeidsplaatsen is de belangrijkste oorzaak van diepe armoede.
  Erstens enttäuschte das vorherige Abkommen von Lomé, trotz aller Stärken, in mindestens einem Punkt, und zwar der Bekämpfung der Armut. Ondanks de vele sterke kanten die de Overeenkomst van Lomé had, schoot deze Overeenkomst in elk geval op één specifiek punt tekort en dat was de bestrijding van de armoede.
  Es ist beängstigend, festzustellen, dass es insgesamt über 1 Milliarde hungernde Menschen gibt und in der Europäischen Union über 40 Millionen in Armut lebende Menschen an Hunger leiden. Het feit dat in totaal meer dan een miljard mensen honger lijden en dat meer dan veertig miljoen armen in de Europese Unie een tekort aan voedsel hebben is alarmerend.
• Defizit das
  Zweitens: Das Defizit 2008,.... Ten tweede, het tekort in 2008,...
  Dabei gibt es jedoch ein Defizit. Op één punt schiet het instrument echter tekort.
  Das Defizit ist immer noch extrem groß. Het tekort is nog altijd ontzettend groot.
• Fehlen das
  Uns, der entwickelten Welt, fehlen Ärzte. Wij hebben in de ontwikkelde landen een tekort aan artsen.
  Dem Weltgesundheitsfonds fehlen dringend benötigte Finanzmittel. De Wereldgezondheidsorganisatie heeft een schrijnend tekort aan geld.
  In der europäischen Seeschifffahrt fehlen insgesamt 17 000 Arbeitskräfte. Er is in totaal een tekort van 17 000 mensen in de Europese zeevaart.

Related words

• watertekort
• tekortkoming
• handelstekort
• tekortschietend
• begrotingstekort
• zuurstoftekort
• voorraadtekort
• kastekort
• tekortschieten