Dutch-German translations for veerboot

• Fährboot das
• Fähre die
  Im Jahr 2004 starben 116 Menschen bei einem Anschlag auf eine Fähre in der Manila Bay. In 2004 zijn liefst 116 mensen om het leven gekomen in een aanslag op een veerboot in de Baai van Manilla.
  Mit anderen Worten, jede Woche eine Verkehrskatastrophe vom Ausmaß des Untergangs der Fähre Estonia . Met andere woorden, iedere week een verkeersramp met de omvang van het vergaan van de veerboot Estonia.
  Herr Präsident, vor zwei Jahren versank in der Nacht vom 26. auf den 27. Oktober die Fähre vor der Küste Senegals. – Voorzitter, in de nacht van 26 op 27 september jongstleden was het twee jaar geleden dat de veerboot Le Joola zonk voor de kust van Senegal.
• Fährschiff das
  Zweitens: Warum haben wir kein Vertrauen darin, daß die Öffentlichkeit selbst zu entscheiden vermag, ob eine Fahrt mit einem Fährschiff sicher ist oder nicht? Ten tweede, waarom kunnen we er niet op vertrouwen dat het publiek voor zichzelf beslist of een veerboot veilig is of niet?
• Überfuhr die

Related words

• veer
• veertien
• veertig
• veerman
• veerpont
• ongeveer
• veery
• veerooster
• eenenveertig
• tweeënveertig