Polish-Dutch translations for chińczyk

Chinees
Rond die tafel zaten een Zuid-Afrikaan, een Braziliaan, een Indiër, een Chinees, en dan kwam de heer Obama en dan waren er ook nog eens acht Europeanen. Był tam Południowoafrykańczyk, Brazylijczyk, Hindus, Chińczyk, potem prezydent Obama, a do tego wszystkiego ośmioro Europejczyków.
Chinese

Chinezen
En u hebt de Chinezen niet vernederd. Het zijn de Chinezen die u vernederd hebben. To nie pan poniżał Chińczyków, to Chińczycy poniżali pana. Daardoor bestaat er bij de daar wonende Han-Chinezen ook veel afgunst. Wielu miejscowych Chińczyków Han im zazdrości. Onder de mensen die bij de rellen in Urumqi zijn gedood, bevonden zich 137 Han-Chinezen en 46 Oeigoeren. Wśród osób zabitych w zamieszkach w Urumqi było 137 Chińczyków Han i 46 Chińczyków pochodzenia ujgurskiego.
Mens erger je niet
Mens erger je niet!