Dutch-Spanish translations for discussiëren

• discutir
  Esta noche vamos a discutir sobre 10 millones de euros innecesarios. We discussiëren hier vanavond over een onnodige uitgave van tien miljoen euro.
  En Gante se discutirá también la ampliación. In Gent zal men ook discussiëren over de uitbreiding.
  Es realmente una vergüenza que tengamos que discutir esto. Het is eigenlijk jammer dat we daarover moeten discussiëren.
• conversar

Related words

• discussie
• bediscussiëren
• ter discussie stellen