Dutch-Spanish translations for stelen

• robar
  Es común robar miles de millones. Het stelen van miljarden is heel gewoon.
  Si los niños tienen constantemente hambre empezarán a pedir e incluso a robar. Als kinderen voortdurend honger lijden, gaan ze bedelen en zelfs uit stelen.
  Gastar el dinero de los demás sin su permiso no es presupuestar, es robar. Zonder toestemming geld uitgeven van andere mensen is niet begroten - dat is stelen.
• afanar
• agafar
• furtar
• hurtar
• ratear
• sisar

Related words

• bestelen
• ontstelen
• borstelen
• afborstelen
• nestelen
• worstelen
• raapstelen
• innestelen
• armworstelen