English-Dutch translations for insolvency

• insolventie
  Er zijn namelijk voorstellen gedaan voor een heel ander verloop, bijvoorbeeld een gestructureerde insolventie. There were other proposals on the table, such as a structured insolvency.
  De eigen middelen vormen een heel belangrijke, zo niet de doorslaggevende oorzaak bij insolventie. The lack of it is an important if not decisive reason for insolvency.
  De Commissie bestudeert de zaak van de insolventie van luchtvaartmaatschappijen momenteel. The Commission is at present studying the issue of airline insolvency.

Definition of insolvency

• The condition of being insolvent; the state or condition of a person who is insolvent; the condition of one who is unable to pay his debts as they fall due, or in the usual course of trade and business
• Insufficiency to discharge all debts of the owner
• The condition of having more debts than assets

Examples

• The company faces insolvency
• the insolvency of an estate

Related words

• insolvency administrator
• insolvency practitioner
• insolvency of the debtor