English-Dutch translations for main course

• grootzeil
• hoofdgerecht
  Zij is bij wijze van spreken de van een menu waarvan het hoofdgerecht nog op tafel moet komen. One might describe it as the of a menu, the main course of which is yet to be served.
  We moeten hierachter staan en de Commissie aanmoedigen om met het „hoofdgerecht” te komen, want dat is voor ons het belangrijkste. We must give it our backing and encourage the Commission to move on to the ‘main course’, for that we regard as crucial.
  Desertec zal niet het hoofdgerecht zijn op het menu van de EU-verbruikers, eerder een heel duur dessert.Desertec will not be the main course on the European Union consumers' menu. It is much more likely to be just a very expensive dessert.

Definition of main course

• The main serving or dish of a meal, usually cooked

Related words

• main contractor
• main component
• mainland; continent
• Maine Coon
• mains cord
• mainframe computer
• concentrating on certain main points
• codomain
• second-level domain