Spanish-Dutch translations for temor

• angst
  Is het angst voor de WHO, of iets anders? ¿Es temor ante la OMC, o qué es?
  Er bestaat momenteel veel angst over genetisch gemodificeerde levensmiddelen. Actualmente, los temores por los alimentos genéticamente modificados se han disparado.
  Die angst is ongegrond en dat zullen wij straks met eigen ogen kunnen zien. Ese temor, como sin duda veremos, es infundado.
• vrees
  Ik vrees dat we dat geen twee keer kunnen doen. Mi temor es que no podríamos hacerlo dos veces.
  Daarom vrees ik deze uniforme aanpak. Por eso esa uniformidad despierta mis temores.
  Uit vrees wellicht voor dubbele veto's? ¿Por temor a los dobles vetos, sin duda?
• bangheid
• doodsangst
• schrik
  De schrik bij de bevolking voor de uitbreiding is reëel. Además, la población siente un gran temor ante la ampliación.
  Ik denk dat die mensen vandaag hoopvol, maar met schrik naar de Europese Unie kijken. Me parece que estas personas dirigen hoy su mirada a la Unión Europea con una mezcla de esperanza y temor.
  – Voorzitter, de schrik voor China is groot in Europa, maar dit is niet de tijd om passief en behoudend te zijn. – Señor Presidente, aunque en Europa existe un gran temor por China, ahora no es el momento de permanecer inactivos y prudentes.

Related words

• temeroso
• temer