Dutch-Czech translations for trek

• chuť
  Nyní jsem ztratil chuť; nebudu s vámi večeřet. Maar ik heb geen trek meer. Ik ga niet met u eten.
  Znepokojovalo mě, že se ukázala velmi malá chuť soukromého sektoru investovat do tohoto projektu. Ik maak me er zorgen over dat de private sector weinig trek heeft om in dit project te investeren.
• hlad
  Pro mne jako buddhistického mnicha je snídaně něco velice posvátného, protože když vstanu, vždycky jím, neboť mám vždy hlad. Voor een boeddhistische monnik is vasten iets heiligs omdat ik als ik wakker wordt altijd trek heb en dus geen ontbijt oversla.
• průvan
• rys

Related words

• trekken
• omtrek
• vertrek
• aantrekkelijk
• vertrekken
• vertrektijd
• betrekking
• trektocht
• kurkentrekker