English-Dutch translations for pause

• pauze
  Tweede punt: geen extra pauzes meer alstublieft! Second point: no more pauses, please!
  De denkpauze moeten we opvatten als een pauze om te denken, niet als een pauze in het denken. We now have a pause for thought, and we must use it in order to think.
  Israël moet een pauze inlassen om na te denken over de gevolgen van zijn acties. Israel should pause and reflect on the consequences of its actions.
• pauzeren
  Ik stel voor dat we even pauzeren. May I suggest that we pause for a moment.
  Ik denk dat we even moeten pauzeren en nadenken. I think we have to pause for a moment and reflect.
  Ik wil hier even pauzeren om mijn collega, de heer Rübig, te bedanken voor zijn twee amendementen, die ik beide aanvaard. I would like to pause here and thank my colleague Mr Rübig for his two amendments which I accept.
• rustpunt
• tussenpoos
• verpozing

Definition of pause

• A button whose functions are pausing and resuming something, such as a DVD player, a video game or a computer

Related words

• menopause
• diapause
• heliopause
• tropopause
• magnetopause
• paused
• andropause
• stratopause
• mesopause