French-Dutch translations for émanciper

• emanciperen
  Maar, mijnheer Cox, u moet een morele uitdaging het hoofd bieden: u moet zich emanciperen van de enorme macht van degenen die u hebben gesteund en benoemd. Mais, Monsieur Cox, vous avez un pari moral, ce pari moral c'est de vous émanciper de l'immense force de ceux qui vous ont soutenu et qui vous ont nommé.
  Een veelbetekenend feit is dat de Amerikanen zelf zenuwachtig worden van de besluiteloze houding van de Europeanen die er waarachtig niet in slagen zich te emanciperen, behalve op verbaal vlak. Fait significatif, les Américains eux-mêmes commencent à s'agacer devant les valses-hésitations des Européens qui, décidément, n'arrivent pas à s'émanciper, sauf verbalement.
• mondig verklaren
• ontvoogden

Related words

• émancipation
• émancipé
• émancipateur
• émancipatrice