Spanish-Dutch translations for ira

• woede
  Dit gaat eenvoudigweg te ver en u zult zich alleen de woede van de bevolking op de hals halen. Simplemente es ir demasiado lejos y sólo conseguirá alimentar la ira pública.
  Kijk naar de woede van de boeren of kleine vissers die zich in een penibele situatie bevinden. Reflexionen sobre la ira de los agricultores o de los pescadores a pequeña escala que se encuentran en apuros.
  Ook hebben velen hun woede uitgesproken over het misbruik van het internet. Asimismo, el mal uso de Internet provocó la ira de muchos.
• toorn
  Op het gevaar af dat ik in herhaling val en mij de toorn van het Parlement op de hals haal: ik heb wel degelijk enkele minuten geleden oktober gezegd. A riesgo de repetirme y provocar la ira de la Cámara, mencioné octubre hace tan sólo unos minutos.
• boosheid
  Er heerste een gevoel van boosheid en wanhoop. La gente sentía ira y desesperación.
• gramschap
• kwaadheid

Related words

• pira
• sátira
• mentira
• girar
• francotirador
• girarse
• gira
• tiradero
• Irak