Dutch-German translations for ongerust

• besorgt
  Wir sind in der Tat ziemlich besorgt. Wij zijn inderdaad zeer ongerust.
  Wir kämpfen, wir sind nicht besorgt. Wij strijden echter en maken ons niet ongerust.
  Vor einem Jahr war ich äußerst besorgt. Een jaar geleden was ik ontzettend ongerust.
• ängstlich
  Sobald ein Verbraucher unruhig, ängstlich oder eingeschüchtert ist, verabreicht man ihm ein Etikett. Als een consument ongerust, angstig en bang is, geven we hem een etiket.
• bekümmert
• nervös
• unruhig
  Sobald ein Verbraucher unruhig, ängstlich oder eingeschüchtert ist, verabreicht man ihm ein Etikett. Als een consument ongerust, angstig en bang is, geven we hem een etiket.

Related words

• ongerustheid
• ongeruste
• ongerust verontrusten
• ongerust zijn
• zeer gespannen,angstig, ongerust zijn
• opwinding ongerustheid