German-Dutch translations for wissen

weten
Zij weten dat en wij weten dat. Sie wissen das, und wir wissen das auch. De consumenten weten wat zij willen, en de boeren weten dat ook. Die Verbraucher wissen, was sie wollen, und die Bauern wissen auch, was sie wollen. U weet, en wij weten, en u weet dat wij weten dat het onzin is. Sie und wir wissen, dass das Unfug ist und Sie wissen, dass wir das wissen.
weten
Zij weten dat en wij weten dat. Sie wissen das, und wir wissen das auch. De consumenten weten wat zij willen, en de boeren weten dat ook. Die Verbraucher wissen, was sie wollen, und die Bauern wissen auch, was sie wollen. U weet, en wij weten, en u weet dat wij weten dat het onzin is. Sie und wir wissen, dass das Unfug ist und Sie wissen, dass wir das wissen.

wetenschap
Maar zijn we ook bereid de consequenties te trekken uit deze wetenschap? Aber sind wir bereit, auch die Konsequenzen aus diesem Wissen zu ziehen? U weet dat wij een actieplan 'wetenschap en samenleving? hebben opgezet. Wie Sie wissen, haben wir einen Aktionsplan 'Wissenschaft und Gesellschaft' erarbeitet. Ik breek een lans voor de wetenschap, voor het recht om onze kennis te vergroten. Ich bin für die Wissenschaft, für das Recht auf mehr Wissen.
kennis
We hebben geen kennis over de vaccins. Wir wissen nichts von Impfstoffen. Hun kennis zal zeer waardevol blijken. Ihr Wissen wird sehr wertvoll sein. Kennis en fondsen zijn niet alles. Wissen und Mittel sind nicht alles.
ervaring
Dat zij waar zijn, weten wij uit eigen ervaring. Das wissen wir aus eigener Erfahrung. Uit ervaring weten we dat dit argument geen steek houdt. Aus Erfahrung wissen wir, dass dieses Argument nicht stichhaltig ist. Dat weten wij maar al te goed op basis van onze ervaring met 25 lidstaten. Das wissen wir nur zu gut aus eigener Erfahrung mit nur 25 Ländern.
kennen
Zij kennen het land en zijn op de hoogte van de ontwikkelingen aldaar. Sie kennen Sri Lanka und sie wissen, was los ist. We kennen de ordeverstoorders nu wel. Wir wissen, wer die Unruhestifter sind. Ze moeten echter de namen van alle opvarenden kennen. Sie müssen über jeden an Bord Bescheid wissen!
kennis
We hebben geen kennis over de vaccins. Wir wissen nichts von Impfstoffen. Hun kennis zal zeer waardevol blijken. Ihr Wissen wird sehr wertvoll sein. Kennis en fondsen zijn niet alles. Wissen und Mittel sind nicht alles.
medeweten
Zo ja, is dit met medeweten en instemming van andere lidstaten van de Europese Unie? Wenn ja, erfolgt dies mit Wissen und Zustimmung anderer EUMitgliedstaaten? Deze individuele actie werd ondernomen buiten medeweten van de rapporteur. Dieses individuelle Vorgehen erfolgte ohne Wissen des Berichterstatters. De heer Mikolášik sprak over het indienen van amendementen buiten medeweten van de rapporteur. Herr Mikolášik sprach davon, dass Änderungsanträge ohne Wissen des Berichterstatters eingebracht wurden.

overlevering
verstand
We weten dat u, mevrouw de commissaris, altijd veel aandacht hebt voor dit soort door het gezond verstand ingegeven zorgen. Wir wissen, dass Sie, Frau Kommissarin, diesen begründeten Anliegen Aufmerksamkeit schenken werden. Het is nu meer dan ooit nodig dat het gevoel zich aansluit bij wat het verstand allang zegt en voorschrijft. Heute kommt es mehr denn je darauf an, dass die Herzen das akzeptieren, was die Hirne seit langem wissen und diktieren. Ik accepteer wat u gezegd heeft, maar ik zou u willen vragen om de standpunten van degenen die er verstand van hebben, beter te analyseren. Ich akzeptiere, was Sie gesagt haben, möchte Sie aber dennoch bitten, die Meinungen all jener, die wissen, worum es geht, eingehender zu prüfen.