French-Dutch translations for tu

jij
Kop, ik win, munt, jij verliest... Face je gagne et pile tu perds... 'Wat heb jij hier te zoeken, notaris??, vroeg ik, 'jij bent toch niet met pensioen!?"Mais en quoi cela te regarde-t-il, toi qui es notaire ? lui ai-je dit, tu n'es même pas retraité !" Ik zorg voor de eieren en jij voor het spek.” J'apporte les œufs et tu apportes le lard".
gij
"Want uit uw woorden zult gij gerechtvaardigd worden, en uit uw woorden zult gij veroordeeld worden.” "Car par tes paroles tu seras justifié, et par tes paroles tu seras condamné." De interne markt is al een uitvloeisel van het gebod "gij zult consumeren". Le marché intérieur est déjà un corollaire du commandement "tu consommeras". Kennelijk is er nu behoefte aan om het gebod "gij zult in geheel Europa consumeren" toe te voegen. Manifestement, il est désormais nécessaire d'y ajouter le commandement "tu consommeras dans toute l'Europe".