French-Dutch translations for vaccin

• vaccin
  Tegenwoordig zijn de vaccins verder ontwikkeld. Les vaccins d'aujourd'hui sont plus avancés.
  We hebben geen kennis over de vaccins. Nous n'avons connaissance d'aucun vaccin.
  Het eerste punt is het onderzoek naar vaccins. Le premier est la recherche sur les vaccins.
• entstof
  Er is een entstof voor handen die het mogelijk maakt vaccinatie te onderscheiden van infectie. Quand le Parlement écoutera-t-il les citoyens ? Il existe un vaccin permettant de distinguer la vaccination de l' infection.
  In het algemeen kun je ook niet veronderstellen dat er één entstof bestaat die een bescherming zal bieden tegen de honderd of zo voorkomende verschillende virussen van mond- en klauwzeer. Globalement, il est par ailleurs impossible de supposer qu'il existe un vaccin unique capable de protéger les animaux contre les quelque cent diverses souches existantes de la fièvre aphteuse.

Related words

• vacciner
• vaccination
• vaccine
• vaccinal
• entérovaccin
• vaccinothérapie
• autovaccination
• autovaccin
• antivaccin