German-Dutch translations for unpraktisch

• niet van pas komend
• ongelegen
• ongemakkelijk
• onhandig
• onpraktisch
  Dit zou zowel onpraktisch zijn als grote onzekerheid opleveren. Das wäre unpraktisch und würde zu großer Unsicherheit führen.
  De rustperiode in de voertuigen is bijvoorbeeld uiterst onpraktisch. Ruhezeiten in Fahrzeugen sind beispielsweise vollkommen unpraktisch.
  Het is heel onpraktisch en het lijkt meer op een gevangenneming van onze rechten dan op een handvest. Das Ganze ist höchst unpraktisch und läuft eher auf eine Vereinnahmung unserer Rechte als auf eine Charta hinaus.
• storend

Related words

• unpractical
• unpracticed
• unpraised
• unprätentiös